zorg voor een breed en robuust vangnet voor de antwerpse cultuur, sport –en jeugdverenigingen.

CD&V vraagt een langetermijnvisie en extra aandacht voor de talrijke verenigingen, onder meer dankzij een eerlijke verdeling van het Vlaamse noodfonds en extra materiële steun.

De coronacrisis dwong ons als maatschappij de voorbije weken tot ongeziene ingrepen. Beperkingen vaak die heel wat mensen, bedrijven en organisaties naar adem deden happen. Langzaam keren we terug naar het (nieuwe) normaal, maar de gevolgen van deze crisis zullen we nog lang voelen. Met name onze talrijke Antwerpse cultuur, sport –en jeugdverenigingen zijn kwetsbaar voor de terugslag van deze ongeziene gezondheidscrisis. CD&V vraagt dan ook een langetermijnvisie en extra aandacht voor de talrijke verenigingen, onder meer dankzij een eerlijke verdeling van het Vlaamse noodfonds en extra materiële steun. “Hun werking wordt zo grondig verstoord dat een brede aanpak en robuust vangnet noodzakelijk is. Dat het bestuur niet thuis gaf op onze vragen is dan ook bijzonder jammer voor al die verenigingen en hun vrijwilligers die het hoofd boven water hopen te houden.”, zei CD&V-gemeenteraadslid Sam Voeten na afloop van de gemeenteraad.

De grootste gezondheidscrisis sinds lang veroorzaakte aanzienlijke schade die nog zal blijven nazinderen, niet enkel economisch, maar zeker ook op sociaal en cultureel vlak. CD&V Antwerpen wil absoluut voorkomen dat de coronacrisis een definitieve verschraling van het jeugd-, sport- en cultuuraanbod met zich meebrengt. Daarom stellen we ons bijzonder kritisch op naar de huidige verdeling van de Vlaamse noodfondsmiddelen.
“Een stad pas kan bruisen door haar rijk, cultureel aanbod. Daarom zijn we tevreden dat er van de 7 miljoen een stevig bedrag van 4,2 miljoen euro naar cultuur gaat. Een paar grote spelers krijgen zo aanzienlijke sommen. Maar een belangrijke speler in het culturele aanbod, onze cultuurcentra, worden over het hoofd gezien. Daar lopen week na week programmaties die vooral inzetten op de diversificatie en verscheidenheid van ons cultuuraanbod. Ook zij hebben steun nodig. Maar wat stellen we vast? Zij krijgen geen eurocent. En dan begint het er natuurlijk op te lijken dat hier een bepaalde strategie achter zit”, aldus gemeenteraadslid Sam Voeten.

“Als we dan ook durven kijken naar de verdeling van de middelen, dan gebeurt er toch iets merkwaardigs. Terwijl de districten zich dubbel plooien. Terwijl de bevoegdheden jeugd, sport en cultuur grotendeels werden gedecentraliseerd en de districten dus dé belangrijke motor zijn om onze talrijke verenigingen te ondersteunen. Wat zien we dat ze krijgen? Ocharme 10 %. Uit de totale pot”, zegt Sandra Suykerbuyk districtsschepen in Berendrecht-Zandvliet-Lillo. Voor sommige districten was het dit jaar dankzij de verdeelsleutel al niet evident om verenigingen niet te raken in hun werking. Dit is onhoudbaar qua model.

Een eerlijke financieel steuntje is broodnodig. Maar ook materieel kunnen we beter. Heel wat jeugd –en sportverenigingen kregen een poosje terug het verlossende nieuws dat ze alsnog op (sport)kamp mogen gaan. Superfijn nieuws voor alle kinderen en jongeren, maar met bubbels van 50 personen op kamp en nog erg weinig tijd over tot de eerste kampen wort dit logistieke huzarenstukjes. Tafels, banken en stoelen, verlichting en verlengkabels, spoelbakken, … Die bubbels zorgen voor een hogere vraag en nood aan extra materiaal. “Iedereen die een klein beetje proactief nadenkt, ziet dat ook zo aankomen. Maar wat voor verhalen bereiken ons nu? Materiaalaanvragen bij de stad door deze jeugdverenigingen worden een week op voorhand geannuleerd. Want jeugd is grotendeels gedecentraliseerd, maar de vraag voor deze materiële steun zit nog stedelijk. Nu, jeugdverenigingen zijn niet bezig met die bevoegdheidsverdeling. Zij willen oplossingen. Maar wat krijgen ze te horen? Klop maar aan bij uw district…”, merkt Pieter De Cock op, districtsraadslid in Merksem. En de districten? Die plooien zich nog maar eens dubbel.